Afgelopen weekend liepen we etappe 6 en 7 van het langste natuurpad van Nederland. Goed voor zo’n 35km. Alleen wij samen, mijn telefoon 2 dagen uit en het was heerlijk!
Wandelen en in de natuur zijn is enorm goed voor je. De laatste jaren is er ook steeds meer wetenschappelijk bewijs voor, voor wie dat nodig heeft om een stap richting het bos te zetten.
De bomen scheiden stoffen af om zichzelf te beschermen en tegelijker is dat stofje heilzaam voor ons mensen. Het parasympathisch zenuwstelsel dat ons tot rust brengt, wordt actiever en het sympathisch zenuwstelsel dat ons alert maakt, wordt minder actief.
Het bos is de beste plek om tot rust te komen. Zonder afleiding, stap voor stap klaart de mist in je brein op en alles vanbinnen wordt helderder. Bomen oordelen niet, ze vragen niks van je en geven je vanalles.
In m’n praktijk werk ik ook graag buiten. Soms zit je zo vast in een bepaald denkpatroon dat naar buiten gaan en bewegen in de natuur zoveel opklaring geeft waardoor je weer verder kunt.
De geur van hars en mos, de zachte wind in de boomtoppen waardoor het lijkt alsof de bomen dansen. De prachtige kleuren van het voorjaar of nu de herfst. De sparren raken niet onder de indruk van ons, de dennen glimlachen beheerst. Ze schudden wat er hun takken en wachten.
Mary Oliver schreef ooit: “For me the door to the woods is the door to the temple.”
Een plek van diepe, goddelijke stilte en nabijheid. Geen wonder toch, dat juist het bos zo’n genezende en inspirerende plek is?
Laat een reactie achter